Montage van de sectionaaldeur

Lijst met benodigde gereedschap:

  • Dikke handschoenen
  • Meetlint
  • Trapladder
  • Sleutel van 10 en 13 mm (mogelijk nog andere)
  • Kruiskop en platte schroevendraaiers
  • Hamer en koevoet
  • Metaalzaag
  • Griptangen/ vise-grip tang
  • 2 metalen staven van ongeveer 1 cm dik
  • Schroevendraaier met 10 mm opening
  • Boormachine (voor 10 en 13mm)
  • Smeermiddel WD40
  • Siliconenpistool en siliconen
Voorgestelde gereedschap

  • Accuboormachine en slagmoersleutel met 10 en 13 mm aansluitingen
  • Verstekzaag/ haakse slijper
  • Inbussleutel set

Inbegrepen gereedschap

  • Bouten en moeren
  • Geperforeerde stalen hoekprofielen voor de dragers

Montage volgorde van de sectionaaldeur

Stap 1: voorbereiding van de opening

Zorg ervoor dat de afmetingen van de opening overeen komen met deze van de deur; bijvoorbeeld een deur van 2500 mm breed x 2000 mm hoog zal panelen hebben die 2530 mm breed zijn wanneer u de deur achter de dagopening installeert, of ongeveer 2400 mm wanneer u de deur in de opening plaatst. Controleer de vrije ruimte boven en achter de deur om er zeker van te zijn dat er voldoende ruimte beschikbaar is voor het gebruik van de deur.

Stap 2: voorbereiding van de garagedeurpanelen

Pak de garagedeurpanelen uit en plaats ze op een drager (houten blokjes, karton…) met de buitenkant van de garagedeurpanelen naar beneden gericht (doe dit in de garage). Onderaan uw stapel moet u dus uw bovenste paneel hebben, juist daarboven de middelste panelen en bovenaan het onderste paneel (deze zult u het eerst plaatsen). Zorg ervoor dat u de panelen beschermt om krassen op de deur te voorkomen.

Schroef (sleutel van 10) de onderste ondersteuning van de deur vast, waarbij u er zeker voor zorgt dat u de juiste ondersteuning gebruikt (links en rechts zijn verschillend). Schroef vervolgens de bovenste scharnieren van het paneel vast (langer met de looprolhouder), alsook de centrale scharnieren in de daarvoor voorziene gaten.

Stap 3: plaatsing van de steunrails

Open het pakket en haal hieruit zowel de verticale rails als de rubber die erboven geplaatst moet worden. Met een hamer (waarbij u erbij zorgt dat u niet te hard slaat), duwt u de rubber aan, met de ronding van de rubber naar binnen gericht.

Plaats één rail tegen de muur (start altijd met de hoogste zijde in het geval de vloer niet perfect waterpas is). Neem het onderste paneel en plaats het centraal in de opening, terwijl u controleert dat de bovenkant van het paneel zeker waterpas is. Indien nodig plaatst u een houten blokje om ervoor te zorgen dat het paneel waterpas blijft. Het centreren van het paneel helpt u om de juiste locatie te vinden voor het vastschroeven van de verticale rail. Het paneel zal juist achter het rubber dat u juist geplaatst heeft, opgesteld worden. Teken de plaatsen uit waar u de rail zult vastmaken (ongeveer elke 50 cm). Plaats de tweede rail en teken ook hier de plaatsen uit.

Het is erg belangrijk dat de randen van het bovenste deel van de verticale rail waterpas zijn. Om dit te bereiken, kan het nodig zijn om één van de verticale rails te verhogen of om enkele centimeters te verwijderen van de andere rail. Deze procedure dient u tijdens deze stap uit te voeren, voordat u de rails vastschroeft.

Controleer nog één laatste keer dat uw rail waterpas is en schroef/vergrendel de verticale rails stevig tegen de muur (gebruik pinnen, sluitringen en houtschroeven). Plaats een bevestiging op ongeveer elke 50 cm, inclusief een pin onderaan en bovenaan om er zeker van te zijn dat niets zal bewegen of loskomen. Installeer de verticale rails waterpas, perfect parallel van elkaar, terwijl u er steeds goed op let dat u dezelfde afstand behoudt tussen de rechtse en de linkse rail, van onder tot bovenaan elke rail.  Gebruik hiervoor de waterpas en de afstandsstaaf.

Duw de horizontale rails op hun plaats en bevestig deze met bouten in de overeenkomstige gaten. Zet de rails nog niet meteen helemaal vast (u dient eerst te controleren of het paneel helemaal horizontaal is). Plaats de afstandsstaaf aan het einde van de rail zodat alles perfect parallel loopt.

Stap 4: installatie van de garagedeurpanelen

Plaats de looprollen in de onderdelen onderaan de deur, op het onderste paneel. Hef het paneel op zodat u zo eerst één looprol en vervolgens de andere (door het paneel hoger op te heffen) in de rail kunt plaatsen. Controleer dat alles recht ligt en waterpas is.

Maak het tweede paneel klaar zoals beschreven in stap 2. Plaats dit paneel boven het eerste paneel en plaats de meegeleverde looprol onderdelen Vervolgens schroeft u de rolhouders vast zodat ze op hun plaats blijven.

Herhaal hetzelfde proces voor de overblijvende garagedeurpanelen.

Opmerking: de laatste looprol en de rolhouder (voor de top van het bovenste paneel) zijn belangrijk aangezien zij u toelaten om de curve aan te passen tijdens de beweging van de deur. Wanneer uw paneel te hoog gaat of wanneer u de dragers verticaal geplaatst heeft (in plaats van horizontaal), dan kan het nodig zijn dat u de positie van de rolhouders en looprollen moet verhogen zodat de deur een lagere curve kan volgen.

Stap 5: installatie van de horizontale rails

Bevestig het gebogen onderdeel van de horizontale rail aan de verticale rail met de railbouten.

Plaats de afstandsstaaf aan het einde van de rails zodat deze volledig parallel zijn.

Maak de rails nog niet vast aan het plafond, of doe dit met een pinnen-systeem zodat er wat speling op zit. Want zodra u de deur opent, zult u merken of u de rails aan de ene of aan de andere kant moet verplaatsen, om ervoor te zorgen dat alles perfect zit.

Stap 6: installatie van de veren en de kabels

Sluit de deur en maak deze vast aan de grond met griptangen bovenop de panelen.

Teken een lijn aan beide zijden van de bovenste dragers, zodat u zo de positie kunt aanduiden van de steundragers van de springveren.

Onze veren worden voorgemonteerd geleverd: plaats de trommels en de dragers aan elke zijde van de as. Om de richting van de veren in te stellen: let erop dat de steunen in het midden (dragers) met de afgesneden hoek naar beneden moeten gericht zijn. De veren kunnen ook een zwarte of rode markering hebben; in dit geval moet de zwarte veer rechts komen en de rode veer links. En tot slot, hier is een techniek om te controleren of de veren juist geplaatst zijn (in het geval van voorveren met een kabel binnenin): plaats de as van de veer voor de deur; vervolgens plaatst u zichzelf aan de rechterzijde van de veer (langs de binnenkant van de garage), draai de veer een halve slag met de klok mee; als de veer zich aanspant, dan zijn de as en de veren juist geplaatst; als de veer verslapt, dan moet u de gehele as draaien (rechtse veer naar de linkerzijde).

Vervolgens plaatst u de as in de voorziene gaten in het bovenste deel van de verticale rails. Duw de dragers in de voorziene gaten en bevestig de centrale dragers stevig tegen de muur; dit zal de basis vormen voor de spanning van de veren. De schacht/de as moet recht en waterpas zijn. Duw de trommels vast op de steunen op het einde zonder deze aan te draaien.

Het plaatsen van de trekkabels: plaats de lus van de kabel in de steun van het onderste paneel (maak het vast met de schroef en bout om zo de kabel een beetje korter of langer te kunnen maken). Leid de kabel tussen de deur en de rail (achter de looprollen) tot aan de trommel. Maak twee omwentelingen met de kabel en plaats hem in de sleuf die hiervoor voorzien is in de trommel. Blokkeer nu de as/schacht met griptangen en zet de tangen vast tegen de muur, draai de trommel met de hand totdat er spanning staat op de kabel. Onze kabels zijn op dezelfde lengte gesneden; u kunt hierdoor dezelfde spanning plaatsen op beide kabels en dit controleren door de lengte van de kabels te meten die uit de trommel steken (ervan uitgaande dat u de schroeven in het onderste paneel op dezelfde afstand heeft geplaatst). Hierna kunt u ervoor zorgen dat de kabels niet loskomen door schroeven te gebruiken (kabelblokkering). Herhaal het proces voor de andere kabel en trommel.

Controle: wanneer u de kabels aanspant, controleer dat de curve die aan de schroef van het onderste deel van de deur bevestigd is, juist geplaatst is.

LET OP – DE VOLGENDE STAP (HET SAMENSTELLEN VAN DE SPRINGVEER) VERGT VEEL VOORZICHTIGHEID; EEN GEBREK AAN VOORZORGSMAATREGELEN KAN LEIDEN TOT ERNSTIGE VERWONDINGEN.

Terwijl u controleert dat de griptangen goed vast zitten op de schacht en tegen de muur rusten, draait u de schroef van de veeraanpassing losser (sleutel 10), vervolgens gebruikt u de spanstangen (NIET INBEGREPEN) om de veer op te winden NAAR HET PLAFOND (van beneden naar boven), volgens het aantal windingen dat staat aangegeven. Draai de schroeven vast op de as. Volg hetzelfde proces voor de tweede veer (zorg ervoor dat u de schroeven op dezelfde plaats zet aan elke kant).

Zodra deze stappen voltooid zijn, verwijdert u de griptangen uit de as en het bovenste deel van de deur, terwijl u de deur om veiligheidsredenen blijft vasthouden. Vervolgens gaat u langzaam manueel te werk. Indien nodig, voer een extra aanpassing aan de veer aan volgens dezelfde procedure en dezelfde voorzorgsmaatregelen.

Controleer nu of de deur goed uitgebalanceerd is; idealiter moet de deur zichzelf stabiliseren op het punt waar u stopt met de deur naar boven te duwen of naar beneden te trekken. Het “netto” gewicht van een deur, ongeacht de afmetingen, zou niet hoger dan 4,5 kg mogen zijn.

Een lichte afwijking naar boven of naar beneden is niet erg, maar als de deur uit zichzelf opent zodra deze niet meer wordt vastgehouden, of als de deur te snel sluit en de grond hard raakt, dan dient u de veer aan te passen.

Voordat u deze aanpassing doorvoert, sluit u de deur, doet u deze op slot, blokkeert u de veerschacht met een griptang, plaatst u een spanstang in het gat van de schroef, houdt u deze stevig vast, en draait u vervolgens de schroef los. Draai de stang terug naar beneden wanneer de deur uit zichzelf omhoog gaat, of duw de stang omhoog als de deur uit zichzelf naar beneden viel.

Draai de veer elke keer slechts een halve draai vaster of losser, één veer per keer wanneer er twee veren zijn, en controleer het vervolgens opnieuw. Vergeet niet om de schroef weer goed vast te zetten vooraleer u de staven verwijdert.

INSTALLATIE VAN BETONIJZERS VOOR DEUREN GROTER DAN 3M 50CM

De meest efficiënte methode voor de installatie bestaat uit het perforeren van de betonijzer staaf tegen de gaten van de scharnieren en ze direct hierop vast te schroeven.

Stap 7 : het slot en de aandrijving

Installatie van het slot (bij een manuele deur)

Gelieve de speciale handleiding te raadplegen.

Aandrijving

Werkt uw deur perfect? Dan kunt u nu de motor installeren zoals wordt aangegeven in de speciale handleiding hiervoor.

Stap 8: afwerking

De afwerking zal gebeuren naargelang de installatie:

Siliconenkit: Wij adviseren u om altijd een afwerking rondom de gehele deur te voorzien met siliconen (helder, wit of baksteenrood…). Dit voorkomt dat lucht of vocht binnendringen

Polyurethaanschuim: Om de binnenkant te isoleren, kunt u de open gebieden opvullen met schuim dat zich uitzet (advies: gebruik hiervan niet te veel aangezien het schuim zich sterk uitzet en zo op de rails kan duwen).

Smering: gebruik het smeermiddel WD40 om de looprollen en de scharnieren te smeren, vooral in de kromming van de rails. Doe hetzelfde voor de veren. Versproei het product en veeg het vervolgens weg met een doekje; hiermee zult u de levensduur van de veren verlengen.

 

New Website -->

X